Zicht op

‘Focus op het talent, niet op de beperking’

Discriminatie van mensen met een arbeidsbeperking is helaas van alledag. Noortje van Lith (26) heeft een lichamelijke beperking en merkte tijdens haar middelbareschooltijd al dat gelijke kansen niet vanzelfsprekend zijn. Adnan Tekin zet zich tijdens zijn voorzitterschap bij de MBO Raad in tegen een andere vorm van uitsluiting; de zogeheten stagediscriminatie. Ze gaan met elkaar in gesprek over ongelijkheid op de arbeidsmarkt én in het onderwijs.

Tekst: Peer van den Bouwhuijsen | Leestijd: 6 minuten

Aan het woord:

Noordje van Lith
Noortje van Lith,
beleidsondersteuner bij de SER
Adnan Tekin
Adnan Tekin,
voorzitter MBO Raad

Noortje van Lith heeft een lichamelijke beperking omdat ze als baby veel te vroeg ter wereld kwam. Al jaren maakt ze zich sterk voor een gelijkwaardige behandeling van mensen met een handicap. Sinds een halfjaar doet ze dat ook als beleidsondersteuner bij de SER, waar ze kortgeleden onverwacht een vast contract kreeg. “Ik heb een contract voor 16 uur, dat is vaak te weinig voor een vaste aanstelling.” Omdat reizen met het openbaar vervoer voor Van Lith een grote uitdaging is, werkt ze vooral vanuit huis. Twee keer per maand ziet ze haar collega’s in Den Haag. “Ik heb veel geluk gehad met een werkgever die meedenkt en vooral naar mijn kwaliteiten kijkt.”

Noortje van Lith en Adnan Tekin
Adnan Tekin en Noortje van Lith | Foto: Dirk Hol

Anders beoordeeld

Op de basisschool ondervond Van Lith al dat ze anders werd beoordeeld, vanwege haar beperking. Leraren zagen haar toekomst in het praktijkonderwijs, maar er was gelukkig één leerkracht die zag dat ze meer in haar mars had. Zo rondde ze uiteindelijk de mbo-opleiding juridische dienstverlening af en deed vervolgens hbo bestuursrecht. Tekin: “Je gunt iedereen zo’n leraar die jouw potentie ziet. Jammer dat mensen niet het talent zien, maar alleen de beperking.”

De SER-beleidsondersteuner kan dat alleen maar beamen: “Ik kon na de middelbare school dan wel naar het mbo, maar daar vroegen ze me wel eerst een capaciteitstest te doen. De uitslag daarvan was niet goed, vooral door mijn lage score op ruimtelijk inzicht. Mijn handicap speelt hier een duidelijke rol in, want ik heb nooit kunnen kruipen of lopen.” Van Lith werd weliswaar toegelaten, maar ondanks de niet-representatieve score vond de onderwijsinstelling de uitslag lange tijd een obstakel. Tekin: “Gelukkig is de situatie nu anders. In 2017 is het Toelatingsrecht ingevoerd. Dat wil zeggen dat iedereen met de juiste vooropleiding welkom is op het mbo. We kunnen en mogen niemand weigeren.”

Geen kansen krijgen

Als voorzitter van de MBO Raad strijdt Tekin tegen een andere vorm van uitsluiting. “Wat weinig mensen weten is dat je op een mbo-opleiding een stage nodig hebt om te kunnen slagen”, vertelt Tekin. Daarom is het uitbannen van stagediscriminatie een van de topprioriteiten van de MBO Raad. Stagediscriminatie komt vooral voor bij jongeren met een multiculturele achtergrond, maar ook bij jongeren met een beperking.

Met de invoering van de Wet passend onderwijs in 2014 is er een enorme stap genomen in de toegankelijkheid van het onderwijs. Tekin: “Door deze wet hebben scholen een zorgplicht: de taak om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, een zo goed mogelijke plek in het onderwijs te bieden. Nu is het team waar een student terechtkomt, verantwoordelijk voor de begeleiding en beoordeelt hoe en of een stage aangepast moet worden. Er is veel meer maatwerk nodig.” Van Lith verwacht dat het alsnog een hele klus zal zijn om de leerwerkbedrijven mee te krijgen. Uit onderzoek door het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat slechts een derde van de werkgevers bereid is om iemand met een handicap aan te nemen, weet zij: “Vanwege de gevraagde begeleiding zijn ze toch vaak terughoudender.” Volgens Tekin mag dat geen excuus zijn en moeten begeleiders op school en van het leerwerkbedrijf tot oplossingen komen. Van Lith: “Zo zou het overal moeten zijn. Er zijn veel getalenteerde mensen die die kansen niet krijgen, omdat ze niet in het schoolsysteem passen.”

Het belang van een goede opleiding is volgens Van Lith en Tekin glashelder: het is de startkwalificatie die je nodig hebt om door te groeien op de arbeidsmarkt. Bij de SER werkt Van Lith mee aan het programma ‘Leven lang ontwikkelen’, waarbij ze ervaart dat mensen met een handicap op dat gebied vaak worden vergeten. Tekin ziet voor de ontwikkeling van mensen met een kwetsbare positie een grotere rol voor het mbo weggelegd. “Geef ons een publieke taakopdracht. We hebben veel ervaring met mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, zoals op mbo niveau 2 en op entreeopleidingen – opleidingen op maat, waarvoor geen diploma van een vooropleiding nodig is. Iedereen moet eigen leerrechten krijgen. Een persoonlijk rugzakje met geld om aan je eigen ontwikkeling te werken. Met het netwerk van de SER bij werkgevers en werknemers zie ik belangrijke kansen voor het overbrengen van deze boodschap aan deze cruciale groepen.”

Zelfstandig leven opbouwen

Naast kansenongelijkheid als het gaat om opleiding en werk, staan mensen met een handicap ook voor financiële uitdagingen. In 2018 schreef Van Lith een brief aan (toen nog minister-president) Mark Rutte, waarin ze inging tegen het aangekondigde wetsvoorstel dat werkgevers mensen met een beperking onder het minimumloon mochten betalen. Nu, ruim vijf jaar later, is dat nog onveranderd. Van Lith: “Mensen met een arbeidshandicap komen vaak in de Participatiewet terecht (deze wet ging in op 1 januari 2015 en verving onder andere een groot deel van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, red.). Terwijl ze onmogelijk uit die uitkeringssituatie kunnen komen omdat ze vaak niet fulltime kunnen werken. Zelf verdien ik boven het sociaal minimum, dankzij een goede werkgever. Maar werk je bijvoorbeeld in de groenvoorziening, dan kom je daar met een contract van 16 uur niet bovenuit. Daardoor wordt het je onmogelijk gemaakt een eigen, zelfstandig leven op te bouwen zoals leeftijdgenoten.”

‘Er is een groot verschil tussen gehoord en gezien worden’

Sinds 2016 geldt het VN-verdrag Handicap, waarin staat wat Nederland moet doen om de positie van mensen met een beperking te verbeteren. Het beschrijft het recht op gelijke behandeling en participatie voor mensen met een beperking of chronische ziekte. Volgens Van Lith hebben zij inderdaad dezelfde rechten als ieder ander, maar in de praktijk niet altijd toegang tot diezelfde rechten.

‘Door de huidige krapte kijken werkgevers nu wel iets anders naar mensen met een handicap’

“Een voorbeeld: iedereen heeft het recht om te stemmen, maar in de praktijk lukt het niet iedereen om ook daadwerkelijk naar een stembureau te gaan en hun stem uit te brengen. Er zijn bijvoorbeeld lang niet overal verlaagde stemplekken voor mensen in een rolstoel. Er is nog een wereld te winnen.”

Gehoord én gezien worden

Of de strijd van Van Lith van de afgelopen jaren effect heeft gehad? Ze hoopt en denkt van wel. “Er zijn diverse politici in Den Haag die mij actief volgen. Die leggen mij ook weleens een motie voor, bijvoorbeeld over het VN-verdrag Handicap en vragen: hoe zie jij dit?”
Tekin: “Als je op mijn plek zou zitten, wat zou jij dan anders doen?” Na een korte aarzeling zegt Van Lith: “Ik vind het belangrijk om voorbeelden van studenten met een handicap een podium te geven. Er is namelijk een groot verschil tussen gehoord en gezien worden. Ik word misschien wel gehoord, maar of we gezien worden weet ik niet. Ik zou bijvoorbeeld in politieke debatten ook iemand met een zichtbare handicap willen zien. Om te laten zien: we doen mee, en móéten ook mee kunnen doen.”


Dit artikel verschijnt ook in het papieren nummer van Zicht op brede welvaart.

Abonneer nu gratis


Divers en inclusief bedrijfsklimaat

SER Diversiteit in Bedrijf ondersteunt organisaties bij het bevorderen van een inclusief en divers bedrijfsklimaat, op het gebied van arbeidsvermogen, culturele diversiteit, sekse, leeftijd en LHBTI+. Het kennisplatform biedt praktische kennis over het managen van diversiteit en inclusie op de werkvloer.

Noortje van Lith

Noortje van Lith zet zich in voor een gelijkwaardige behandeling voor mensen met een handicap. In 2018 schreef zij een brief aan premier Rutte uit onvrede over het wetsvoorstel dat mensen met een beperking onder het minimumloon betaald mogen worden. In 2023 in dienst als beleidsondersteuner bij de SER.

Adnan Tekin

Adnan Tekin is voorzitter van de MBO Raad en werkte eerder als strategische beleidsadviseur voor de gemeente Amsterdam en had als gedeputeerde bij de provincie Noord-Holland verschillende portefeuilles. Hij zet zich in tegen stagediscriminatie.

Zicht op... magazine SER
Roltrap met mensen