Ruimere bijverdienregels in de bijstand, het ideale percentage gerecycled materiaal in een spijkerbroek en het inbeddingsscriterium als onderscheid tussen zzp’ers en werknemers. Daarover gaan de drie scripties die zijn genomineerd voor de SER Scriptieprijs 2024. De schrijvers vertellen over hun onderzoek, het maakproces en hun toekomst.
Tekst: Dorine van Kesteren | Leestijd: 6 minuten
Aan het woord:
Eveline Nales
Karin van Swam-Toonen
Kim van Berkel
Waarom is jouw scriptieonderwerp maatschappelijk relevant?
Karin van Swam-Toonen (master arbeidsrecht, Erasmus Universiteit Rotterdam): “De discussie over het onderscheid tussen zzp’ers en werknemers raakt heel werkend Nederland. De uitspraak van de Hoge Raad in de Deliveroo-zaak (maaltijdbezorgers zijn geen zzp’ers) vormde de rode draad in mijn master. In mijn scriptie heb ik uitgezocht of het zogeheten inbeddingscriterium dat het kabinet heeft gelanceerd, soelaas biedt. Daarvoor heb ik de literatuur, parlementaire geschiedenis en uitspraken van Nederlandse en Europese rechters bestudeerd.”
Kim van Berkel (master beleidseconomie, Erasmus Universiteit Rotterdam): “Rond mensen in de bijstand hangt vaak een stigma. In werkelijkheid willen zij graag aan de slag, erbij horen, maar ervaren ze allerlei fysieke of mentale belemmeringen of een gebrek aan begeleiding door de betreffende gemeente. In 2021 versoepelden Amsterdam en Rotterdam de bijverdienregels. Vroeger werd het verdiende geld verrekend met de uitkering, nu mochten de mensen een deel zelf houden. De betrokkenen vonden dat fijn: ze hadden meer bestedingsruimte en voelden zich nuttig. Maar of er hierdoor daadwerkelijk méér bijstandsgerechtigden aan het werk gingen, was onbekend. En als econoom en econometrist – ik heb twee masters gedaan – deed mij dat toch een beetje pijn.”
Eveline Nales (master environmental sciences, Wageningen Universiteit): “De massale, razendsnelle productie van kleding kost enorm veel grondstoffen en water en leidt tot CO2-uitstoot en bodem- en watervervuiling. Mijn scriptie gaat specifiek over de spijkerbroek. Ik heb onderzocht wat het optimale percentage is van gerecycled katoen in zo’n broek, op basis van de werkelijke kosten-methode. Daarbij keek ik niet alleen naar de financiën, maar ook naar de gevolgen voor mens en milieu.”
Wat zijn jullie conclusies?
Van Berkel: “Het blijkt dat in een ruimer bijverdienregime meer mensen gaan werken naast hun bijstandsuitkering. Ook heb ik gekeken of er dan minder mensen de bijstand verlaten. Met een uitkering en wat extra geld ben je immers financieel beter af dan wanneer je volledig werkt en net boven bijstandsniveau verdient. Maar dit negatieve effect is er niet. Sterker nog, in Amsterdam stroomden zelfs meer mensen uit de bijstand dan voorheen. Misschien is deeltijdwerk dus een opstapje naar fulltime werk.”
Van Swam-Toonen: “Het inbeddingscriterium is niet het ei van Columbus. Het idee is dat ‘inbedding in een organisatie’ een aanwijzing is voor werknemerschap. Maar er zijn talloze andere omstandigheden waaraan rechters ook waarde hechten. Denk aan de manier van betalen: stuurt iemand facturen of ontvangt hij een loonstrook? En dat zijn natuurlijk dingen die werkgevers en werkenden zelf kunnen beïnvloeden.”
Nales: “Een percentage van 20 procent gerecycled materiaal is optimaal. Hoe meer, hoe beter, geldt dus niet. Ook recycling kent namelijk nadelen. Zo neemt de kwaliteit van een kledingstuk af, is het recyclingproces relatief duur en zijn er nog steeds milieukosten.”
Viel het schrijven mee of tegen?
Nales: “Het begin vond ik het moeilijkste: het onderwerp afbakenen en bepalen welke data ik ging gebruiken. De uitkomst van 20 procent moet je genuanceerd zien, omdat ik meerdere studies naar levenscyclusanalyses – waarmee je de totale milieubelasting van een product bepaalt – heb gebruikt, met verschillende getallen. Ook de literatuur geeft meerdere manieren om de monetaire waarde van milieubelasting vast te stellen.”
Van Berkel: “Over het algemeen vond ik het hartstikke leuk. Het was wel lastig om de juiste data te krijgen. Ik wist precies wat ik hebben moest, maar het CBS verstrekt die data niet zomaar. Uiteindelijk is het gelukt via mijn werkgever, SEO Economisch Onderzoek. En als ik tijdens het schrijven even niet meer wist hoe ik verder moest, kwam het altijd weer goed na een gesprek met mijn begeleider.”
Van Swam-Toonen: “Door medische beperkingen kan ik mijn oude beroep als mondhygiënist niet meer uitvoeren. Daarom ben ik rechten gaan studeren. Met twee kleine kinderen was dit af en toe best een uitdaging. Bij het maken van mijn scriptie dacht ik soms: waar ben ik aan begonnen, op mijn leeftijd? Er waren zóveel bronnen. Ook het opstellen van een toetsings- en beoordelingskader voor begrippen als ‘organisatorische inbedding’, ‘kernactiviteiten’ en ‘ondernemerschap’ was een hele exercitie. Gelukkig had mijn begeleider altijd tijd om te sparren.”
‘Waarom maken we het sociale stelsel niet weer collectief?’ Karin van Swam-Toonen
Voor wie zijn de uitkomsten van belang?
Van Berkel: “Voor gemeenten, maar ook voor de landelijke overheid. De Commissie sociaal minimum heeft vorig jaar nog benadrukt dat werken moet lonen – ook in de bijstand. En je ziet dat het kabinet-Rutte IV ook anders is gaan denken over het mensbeeld in de Participatiewet: van wantrouwen naar vertrouwen.”
Nales: “Textielbedrijven krijgen inzicht in de milieugevolgen van het gebruik van nieuw en gerecycled materiaal. Wetenschappers lezen over onderzoek dat nodig is rond levenscyclusanalyses en de werkelijke kosten-methode. En beleidsmakers leren hoe belangrijk het is de levensduur van kleding te verlengen en het bedrijfsleven een financieel duwtje te geven om gerecycled materiaal te gebruiken.”
Van Swam-Toonen: “Werkgevers, werknemers én de maatschappij hebben belang bij een heldere en hanteerbare afbakening tussen zzp en werknemerschap. Zelfstandigen dragen relatief weinig bij aan het sociale stelsel. Het toenemende aantal schijnzelfstandigen zet het stelsel onder druk. Waarom maken we de sociale zekerheid niet weer collectief?”
‘Zelf koop ik nauwelijks nieuwe kleding meer’ Eveline Nales
Wat is de praktische waarde van je scriptie?
Van Swam-Toonen: “Hopelijk helpt mijn scriptie beleidsmakers op het ministerie van SZW. Dat zij zich er bij het maken van wetgeving van bewust zijn dat het inbeddingscriterium het grijze gebied tussen werknemer en zelfstandige weliswaar kleiner maakt, maar niet opheft.”
Nales: “De boodschap is dat recyclen weliswaar van belang is in een circulaire economie, maar niet de heilige graal. Laten we in ons beleid en dagelijks leven ook focussen op bijvoorbeeld hergebruik en reparatie. En de hoeveelheid textielafval beperken. Zelf koop ik nauwelijks nieuwe kleding meer.”
Van Berkel: “Ik geef de getalsmatige onderbouwing dat een ruimer bijverdienbeleid niet alleen prettig is voor bijstandsgerechtigden, maar ook goed – of in ieder geval niet slecht – voor het algemeen belang. Meerdere gemeenten overwegen om ook hun beleid te versoepelen. Mijn conclusie kan hen over de drempel helpen.”
‘Mijn scriptie kan gemeenten over de drempel helpen’ Kim van Berkel
Was je verbaasd over de nominatie?
Van Berkel: “Omdat ik met deze scriptie al twee prijzen heb gewonnen, zeiden mensen om me heen: stuur ‘m ook naar de SER. Ik ben blij verrast dat de SER dit ook een belangrijk onderwerp vindt.”
Nales: “Ik heb meegedaan omdat ik het jammer vond als enkel mijn begeleiders in Wageningen mijn scriptie zouden lezen. Het onderwerp gaat mij aan het hart en past bij de thema’s van de SER, maar de nominatie had ik niet direct verwacht.”
Van Swam-Toonen: “Ik heb al een arbeidsrechtelijke prijs gewonnen met deze scriptie. Maar de SER houdt zich natuurlijk met veel meer bezig dan alleen de arbeidsmarkt. Het is geweldig om erkenning te krijgen van zo’n grote, gevestigde organisatie in Nederland.”
Wat zijn je toekomstplannen?
Nales: “Ik ben rustig om me heen aan het kijken naar vacatures. Het liefst zou ik bij een internationale organisatie werken. Mijn stage bij de OESO in Parijs is goed bevallen.”
Van Swam-Toonen: “Ik hoop dat ik de kans krijg om promotieonderzoek te doen. Ik ben geen student die een zucht van verlichting slaakt als de scriptie af is. Nee, ik vind het juist heerlijk om me ergens in vast te bijten.”
Van Berkel: “Waarschijnlijk ga ik later dit jaar starten met een promotietraject. Ondertussen blijf ik werken bij SEO. Het is fijn om die twee zaken te combineren. Als ik alleen met de wetenschap bezig zou zijn, verlies ik de aansluiting met de praktijk, ben ik bang.”
Meer lezen? Zicht op verschijnt ook 4 keer per jaar als papieren tijdschrift.
Eveline Nales (Wageningen Universiteit, master Environmental sciences) heeft met haar masterscriptie 'Revitalizing Denim: Investigating the desirability of using high recycled proportions in Jeans production. An application of True Cost Accounting in the textile industry’ de SER-Scriptieprijs 2024 gewonnen. Zij ontvangt daarvoor een bedrag van 2000 euro.