Female Board Index 2023: “De lage vertegenwoordiging van vrouwelijke bestuurders vind ik echt zorgelijk”

Na enkele jaren van groei lijkt het aandeel vrouwelijke commissarissen en bestuurders van beursgenoteerde bedrijven te stabiliseren. Het percentage vrouwelijke commissarissen ging van 38% (2022) naar 39% (2023). Ondertussen blijft het percentage vrouwelijke bestuurders in de periode 2021-2023 echter vrijwel gelijk (15%). We spraken met Mijntje Lückerath, opsteller van de Female Board Index en hoogleraar Corporate governance aan de TIAS School for Business and Society en schrijver van Morele dilemma’s in de boardroom.

Mijntje Lückerath | © Mirjam van der Linden

In de Female Board Index maak je de percentages vrouwelijke bestuurders en commissarissen bij 88 Nederlandse beursondernemingen inzichtelijk. Wat valt je op aan de Female Board Index van 2023?
“Met de commissarissen gaat het goed, ondanks de beperkte stijging. De lage vertegenwoordiging van vrouwelijke bestuurders vind ik echt zorgelijk. In aanloop naar het ingroeiquotum werden daar forse stappen gemaakt, maar vorig jaar zag ik stilstand en nu weer. Het voortvloeien van een evenwichtigere vertegenwoordiging van de rvc naar de rvb is misschien niet zo vanzelfsprekend. De rvb lijkt minder op het netvlies te staan van bedrijven.”

Waar komt dat door, denk je?
“Of we hebben een plafond bereikt voor het aantal vrouwelijke bestuurders. Of de noodzaak van de rvb krijgt nu minder aandacht, doordat de wet zich met name op de rvc van beursgenoteerde bedrijven richt. Er zit nu geen groei meer in, er zijn dus nog grote stappen te maken.

De Female Board Index en ook het SER Diversiteitsportaal maken beide inzichtelijk en openbaar welke progressie geboekt wordt op het gebied van een evenwichtige man-vrouwvertegenwoordiging in de (sub)top van bedrijven. Waar bij de Female Board Index de focus ligt op beursgenoteerde bedrijven, maakt het portaal ook inzichtelijk hoe het ervoor staat bij ‘grote’ vennootschappen. Hoe kijk je aan tegen de stuwende kracht van transparantie?
“Ik denk dat transparantie, met name op bestuursniveau voor de beursgenoteerde bedrijven aangezien de rvc’s al evenwichtiger worden, goed is. Maar dan moeten we bedrijven ook echt aanspreken op hun verantwoordelijkheid. Dat verandert nu ook, doordat de SER straks openbaar inzichtelijk maakt welke progressie geboekt wordt.” 

Met transparantie is er gewoonweg minder ruimte voor smoesjes als: ‘we kunnen ze niet vinden en we hebben meer tijd nodig’. Dat zijn oneigenlijke redenen. Immers: als je een evenwichtigere man-vrouwvertegenwoordiging wilt realiseren, dan lukt het. Met transparantie dwing je organisaties uit te leggen waarom het niet lukt. Het geeft je de mogelijkheid bedrijven aan te spreken op hun argumenten voor het uitblijven van een evenwichtige representatie en/of het ontbreken van de doelstellingen. Ondernemingsraden en interne medewerkers kunnen de organisatie bijvoorbeeld aanspreken op de vooruitgang of het gebrek daaraan.

Dit jaar markeert alweer de 17e editie van de Female Board Index. Wanneer heb jij je missie bereikt?
“De noodzaak voor de Female Board Index is er - vanuit commissarissenperspectief - niet meer, maar die noodzaak voor het in kaart brengen van bestuurders is er nog wel. Misschien stop ik als we de 25% bereikt hebben bij de rvc’s én rvb’s. Maar als je ziet dat dat nog steeds achterblijft, is er nog steeds de behoefte om bedrijven te laten zien dat er genoeg bedrijven zijn die het wel lukt om de doelstelling van minimaal 33% te behalen. Dat tonen de 20 beursgenoteerde bedrijven ook aan die deze evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen in de rvc en in de rvb hebben,. Dat haalt de argumenten weg van bedrijven die zeggen dat het niet lukt. De index laat zien dat het wel kan.”

“Overigens kunnen we de Female Board Index niet alleen gebruiken als stimulans voor genderdiversiteit. Vaak wordt over het hoofd gezien dat we ook leeftijd en nationaliteit in kaart brengen. Op dat gebied valt zeker nog winst te behalen.“

Zijn deze cijfermatige trends ook terug te vinden in de gesprekken binnen bedrijven en hun boardrooms? Veranderen de gesprekken op het thema Diversiteit en Inclusie?
“Ik denk echt dat de volgende stappen naar bredere diversiteit gezet worden en verder gekeken wordt dan genderdiversiteit alleen. Je ziet dat niet meteen in de rvc of rvb, maar wel in de pijplijn van bedrijven. Er is meer aandacht voor een diversiteit aan achtergronden en wat er voor nodig is voor gelijkwaardige kansen en doorstroom van divers talent.”

In je boek Morele Dilemma’s in de Boardroom ga je nader in op morele oordeelsvorming door bestuurders en commissarissen. In hoeverre draagt een evenwichtige man-vrouwrepresentatie aan een evenwichtige oordeelsvorming?
“In mijn onderzoek maak ik steeds ook het onderscheid tussen mannen en vrouwen. Zo blijkt uit meerdere hypotheses dat vrouwen bij oordeelsvorming sneller de morele kant kiezen. Dat zie je terug bij de afweging van dilemma’s. Dat kun je bijvoorbeeld meer rationeel doen, door te kijken naar de gevolgen voor en belangen van verschillende partijen, of meer emotioneel en intuïtief - met meer nadruk op ethische beginselen. Vrouwen neigen eerder naar intuïtieve oordeelsvorming, terwijl mannen doorgaans neigen naar de rationele afweging en focussen op de eventuele gevolgen van een besluit. Vanuit een bedrijfsperspectief is het van belang deze verschillende perspectieven in de boardroom te combineren om problemen vanuit verschillende invalshoeken te bekijken. Die diversiteit aan perspectieven stelt je in staat om toch tot een evenwichtige oordeelsvorming te komen bij het doorhakken van knopen.”

Lees hier meer over de Female Board Index van 2023.


Ingroeiquotum beursgenoteerde bedrijven

Sinds 2022 is een wettelijk quotum van toepassing van ten minste 33% vrouw en 33% man in de raden van commissarissen (rvc) van de beursondernemingen. Benoemingen in strijd met het quotum zijn nietig. Tot 2020 was een wettelijk streefgetal van 30% vrouwen en mannen in zowel de rvc als de raad van bestuur (rvb) van kracht. Omdat het een streefgetal betrof, was hierop geen sanctie van toepassing.

Van de 88 beursgenoteerde ondernemingen voldoen er nu 79 aan het voorgestelde wettelijk quotum van ten minste een derde vrouw en minimaal een derde man in de rvc (2022: 72). Alle AEX, midcap (AMX) en small cap (AScX)- fondsen voldoen aan het quotum. De negen kleine, lokale, beursondernemingen die niet voldoen moeten gezamenlijk 10 vrouwen benoemen. Zij zijn overigens niet in overtreding omdat zij geen van allen nieuwe commissarissen benoemd hebben dit jaar.

Streefcijferregeling grote vennootschappen

Voor de 5.000 grote vennootschappen gelden een streefcijferregeling en transparantieverplichting. Zij rapporteren aan de SER over de man-vrouwverhouding in bestuur, de raad van commissarissen en de (sub)top, hun streefcijfers en de bijbehorende plannen van aanpak. Dit gebeurt voor het eerst in 2023 over het boekjaar 2022 (en vrijwillig over het boekjaar 2021).

Bij het SER Diversiteitsportaal vinden bedrijven een online rapportagetool, handreikingen en voorbeelden rond het opstellen van streefcijfers en plannen van aanpak. Daarnaast vinden er dialoogbijeenkomsten plaats voor bedrijven die onder de wet vallen. Zo heeft er voor de sector bouw en ict een bijeenkomst plaatsgevonden. . Bedrijven die zo’n bijeenkomst willen (laten) organiseren, kunnen bij de SER terecht.