Coördinatie van leven lang ontwikkelen-beleid: kansen en uitdagingen voor regio’s en sectoren

Noodzakelijke maar versnipperde investeringen in LLO

In haar welkomstwoord deed Jacqueline Prins, algemeen directeur van de SER, de oproep om vooral de kansen te benutten van de vele financieringsmogelijkheden. Want alleen zo realiseren we die vanzelfsprekende leercultuur die hard nodig is.
SER kroonlid Henri de Groot laat zien dat (‘levenslang’) leren en ontwikkelen cruciaal is, kijkend naar de grote transities en vanuit het kader van de brede welvaart. Hij doet een oproep om werk te maken van de lange termijn infrastructuur voor LLO en ‘van-werk-naar-werk’. Niet op korte termijn en met versnipperd beleid en tijdelijke regelingen, maar vanuit een lange termijn visie.
In het panelgesprek wordt duidelijk dat in regio’s en sectoren al werk gemaakt wordt van visieontwikkeling en stevige coördinatie. Zo worden in Brabant en Noord-Holland regelingen gebundeld achter één loket. Sluit het aanvalsplan techniek zoveel mogelijk aan bij al lopende projecten. Zorgt een gezamenlijke visie in Zuid-Holland voor een stevige verbinding en eigenaarschap bij onderwijs, overheid en bedrijfsleven. En is het groeifondsproject LLO-katalysator gericht op regionale verbinding van onderwijs en bedrijfsleven.

Aanpak vanuit gezamenlijke visie en focus

Aan deeltafels is aan de hand van concrete voorbeelden gesproken over kansen en belemmeringen bij coördinatie van beleid:

• Brabant Leert laat zien hoe scholingsmiddelen effectief bij de burgers terecht kunnen komen, met kwalitatief goed cursusaanbod dat vak- en transitiegericht is, met sterke communicatie en eenvoudige procedures.
• Gelders Vakmanschap en Overijssels Vakmanschap laten zien hoe goede samenwerking van sectorale O&O fondsen in de regio vorm krijgt. Cruciaal is het belang van het directe contact en het ‘ontzorgen’ van de ondernemer.
• Het groeifondsproject opschaling van publiek-private samenwerkingen kan van start met 15 bestaande PPS’sen van beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Vraagarticulatie start door naast de ondernemer te gaan staan. Wat beteken de transities voor mijn bedrijf, voor mijn medewerkers? En wat is dan nodig aan opleidingsaanbod?
• In Noord-Holland zorgt het manifest ‘Werken en ontwikkelen’ voor een gezamenlijke focus van onderwijs, bedrijfsleven en overheid. Regelingen worden ‘ontschot’ ingezet. Het Talentenfonds is onder meer succesvol vanwege de flexibiliteit om zo nodig vooruit te financieren en dicht aan te sluiten bij wat mensen nodig hebben.
• In Zuid-Holland biedt de human capital agenda visie en focus. Projecten worden samengebracht met cofinanciering van de provincie, alleen als zij bijdragen aan oplossingen voor de grote transities. Succesfactoren zijn de borging van eigenaarschap bij het bedrijfsleven en gelijkwaardigheid tussen de partners.

Aan het eind van de bijeenkomst haalt Henk Boes (SER) de conclusie op: Provincies en regio’s nemen steeds vaker, en met succes, een coördinerende rol op zich, om zo de toegankelijkheid van regelingen te vergroten en subsidies gericht in te zetten. Tegelijkertijd is belangrijk dat we niet alleen aan deeloplossingen blijven werken, maar toewerken naar systeemverbeteringen op structurele basis. Denk aan betere manieren om te matchen op basis van skills, aan betere arbeidsmarktinformatie, aan individuele ontwikkelbudgetten en goede ondersteuning voor wie dat nodig heeft.

Ben je zelf als projectleider betrokken bij een regionaal of sectoraal samenwerkingsverband op het gebied van leven lang ontwikkelen en heb je interesse om deel te nemen aan de netwerkbijeenkomsten? Je leest er meer over op de pagina van Sectoraal en Regionaal LLO-netwerk.