Zicht op

6 vragen over de bestrijding van kinderarmoede in Nederland

Het aantal kinderen dat in Nederland minder kansrijk is door armoede moet, aldus de SER, sterk verminderen. Het kabinet komt nu met concrete doelstellingen. SER-beleidsmedewerker Peter Koppe over het belang hiervan: “Gemeenten moeten, juist nú in coronatijd, gezinnen in armoede bereiken.”

Beatrice Keunen

Peter Koppe
Peter Koppe
SER-beleidsmedewerker
 
 
 

1. Wat verstaan we in Nederland onder kinderarmoede? En om hoeveel kinderen gaat het?

Peter Koppe: “Als we het over kinderarmoede hebben, spreken we over 0 tot 18-jarigen die leven in een gezin onder het zogenoemde ‘niet-veel-maar-toereikend criterium’. Deze kinderen groeien langere tijd op met te weinig financiële middelen om te kunnen betalen wat ze minimaal nodig hebben aan goederen en voorzieningen. Hun ouders hebben een laag inkomen door werk, of zijn afhankelijk van een uitkering. Vaak is er ook sprake van schulden.”

“Het aantal kinderen dat leeft in armoede schommelt per jaar, maar is – als je over een lange periode kijkt – vrij constant hoog te noemen. De afgelopen jaren daalde het aantal van 337.000 in 2013 naar 264.000 in 2018. De huidige coronacrisis maakt hoogstwaarschijnlijk een einde aan deze langzaam dalende trend.”

6 vragen over de bestrijding van kinderarmoede in Nederland
© Shutterstock

2. Vanuit de helicopterview: wat is de betekenis van armoede op het leven van een kind?

“Armoede heeft zowel op korte als langere termijn effecten op kinderen. Op de korte termijn leidt het tot gevoelens van misère, maar ook tot meer sociale uitsluiting. Armoede leidt ook tot slechtere schoolprestaties, lagere opleidingsniveaus en bovendien tot stress bij de ouders, met negatieve gevolgen voor de opvoeding.”

‘Langdurige armoede in de kindertijd kan littekens nalaten in de volwassenheid’

“Langdurige armoede in de kindertijd kan littekens nalaten in de volwassenheid. Je ontwikkelkansen verminderen erdoor en er is een grotere kans dat je met je gezin later opnieuw in de armoede terechtkomt, en te maken hebt met sociale uitsluiting.”

“Een gelijke start voor kinderen op school is, om deze vicieuze cirkel te doorbreken, van fundamenteel belang. Zodat zij hun talenten kunnen ontplooien. Daar heeft uiteindelijk ook de samenleving profijt van.”

3. Het kabinet komt nu met concrete doelstellingen die volgen op het in 2017 verschenen SER-advies ‘Opgroeien zonder armoede’. Dit advies concludeerde: ’Verminder de structurele oorzaken en help de kinderen’. Wat houden die doelen van het kabinet in?

“Staatssecretaris Tamara van Ark (VVD, red.) van Sociale Zaken en Werkgelegenheid streeft naar een halvering van het aantal kinderen dat opgroeit in armoede: van 9,2 procent in 2015 naar 4,6 procent in 2030. Dit was ook het advies van de SER.”

“Om dit voor elkaar te krijgen, zet het kabinet met name in op het bevorderen van werk en meer uren werk voor ouders, waardoor hun inkomen stijgt. Eerder zijn extra middelen beschikbaar gekomen voor de bestrijding van kinderarmoede door gemeenten. Zij richten hun ondersteuning op het bereiken van meer werkende minima. De gemeenten moeten, juist nú in deze coronatijd, gezinnen in armoede bereiken.”

4. Het afgelopen jaar is de ‘Alliantie Kinderarmoede’ opgericht. De SER is enthousiast over dit initiatief. Wat kan deze samenwerking betekenen voor kinderen die in armoede leven?

“In deze alliantie bundelen meer dan 150 partijen, zowel publiek als privaat, hun krachten om kinderen niet meer de dupe te laten zijn van armoede. Ook wil de samenwerking voorkomen dat nieuwe gezinnen in armoede vervallen. Het uiteindelijke doel is dat deze kinderen op de lange termijn de regie op het eigen leven terugkrijgen. Met concrete acties en verrassende vormen van samenwerking – scholen met supermarkten; banken met het Jeugdeducatiefonds. Het is een mooie aanvulling op de inzet van de overheid en andere partijen die strijden tegen kinderarmoede in Nederland.”


Meer lezen? SERmagazine verschijnt ook 5 keer per jaar als papieren tijdschrift.


5. Wat vraagt de bestrijding van kinderarmoede?

“Kinderarmoede is complex en helaas hardnekkig. Om het te doorbreken moeten de ouders zich financieel uit de armoede zien te ontworstelen: hun besteedbaar netto inkomen moet hoger worden dan de vaste lasten en de kosten van levensonderhoud.”

‘De ouders moeten zich financieel uit de armoede zien te ontworstelen’

“Vele partijen hebben een deel van de oplossing in handen. Naast de rijksoverheid hebben de gemeenten, het maatschappelijk middenveld, scholen, werkgevers en natuurlijk de ouders zelf daarin een verantwoordelijkheid. Maar uiteindelijk moet de rijksoverheid eindverantwoordelijkheid nemen voor het terugdringen van het aantal kinderen in armoede.”

“Het is daarom heel positief dat het kabinet zich nu concreet verbindt met langetermijndoelstellingen, in lijn met de duurzame ontwikkelingsdoelen van de VN. De voortgang van de doelstellingen wordt nu terugkerend onderwerp van gesprek in het parlement. Het vraagt ook om meerjarige actieplannen. Als streefcijfers niet worden gehaald zal een stevigere aanpak nodig zijn. Bij de SER heeft het bevorderen van gelijke kansen veel aandacht en ook het thema ‘werkende armen’ wordt op dit moment verder verkend.”

6. Wat is het effect van de coronacrisis?

“Die loopt nu dwars door deze constructieve ontwikkelingen heen, en ik ben niet gerust op de grote invloed daarvan. Hierdoor valt aan een toename van kinderarmoede niet te ontkomen. Armoede in Nederland beweegt nu eenmaal mee met de economische conjunctuur. Als de aantallen weer gaan stijgen, is het de vraag of de huidige financiële middelen voor de bestrijding van kinderarmoede toereikend zijn.”


Bouwerken in de stad. © Wilmar Dik