Diversiteit arbeidsrelaties en arbeidsomstandigheden
Het type arbeidsrelatie is van invloed op de arbeidsomstandigheden. Flexwerkers (uitzendkrachten, oproep- en invalkrachten) doen vaker gevaarlijk of fysiek zwaar werk dan werknemers in vaste dienst. Maar vaste werknemers hebben vaker veel en emotioneel zwaar werk. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van de SER.
Diversiteit arbeidsrelaties en arbeidsomstandigheden
In de Arbowet en Arbeidstijdenwet staat dat veiligheidsmaatregelen zoals beschermende kleding of toegang tot een bedrijfsarts voor alle werkenden gelden. Ongeacht de vorm van het arbeidscontract. Maar de praktijk is vaak anders. Een groeiend aantal mensen heeft een flexcontract of is zelfstandige. Zulke verschillende arbeidscontracten kunnen leiden tot onduidelijkheden over de regels voor gezond en veilig werken. Werknemers én werkgevers moeten weten wat hun rechten en plichten zijn, én de wet naleven, zegt de SER in de verkenning “Diversiteit arbeidsrelaties en arbeidsomstandigheden”.
Arbovoorschriften naleven
De SER doet in de verkenning vier aanbevelingen. Werkgevers en werknemers moeten zich meer bewust zijn van hun eigen verantwoordelijkheden voor gezond en veilig werken. Dan kunnen alle partijen de bestaande arbovoorschriften beter naleven. De Inspectie van SZW heeft capaciteit nodig voor handhaving, samen met andere overheidsinstanties. Daarnaast vindt de SER dat er in de eerstelijns gezondheidszorg meer aandacht voor arbeidsomstandigheden moet zijn. Tenslotte kunnen sectoren en bedrijven gezamenlijke afspraken maken over goede arbeidsomstandigheden die gelden voor álle werkenden.
Onduidelijke verantwoordelijkheden, rechten en plichten
Steeds meer mensen werken als uitzendkracht, oproep- of invalkracht of als zelfstandige. Voor wie geen vast werkcontract met een vast aantal uren heeft, kan onduidelijk zijn wie verantwoordelijk is voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden. Ook voor de werkgever kan dat onduidelijk zijn. Soms weten werkenden en werkgevers niet goed wat hun rechten en plichten zijn. Daardoor kan bijvoorbeeld de ene werkende beter toegang hebben tot de bedrijfsarts dan de andere, of worden niet alle veiligheidsvoorschriften goed nageleefd. Daarmee ontstaan risico’s op beroepsziekten en arbeidsongevallen.